Misschien is het onvermogen dat onze oudste pleegzoon laat zien, veroorzaakt door een aandoening. Hij wil er zelf niet van weten, een stigma dat wil hij niet. Hij wil zich echter ook niet laten helpen. Ik hoop dat hij bedenkt dat als er een oorzaak is, dan is er ook een remedie. Ik word heen en weer geslingerd tussen allerlei gevoelens. Op sommige momenten trek ik het niet. Ben ik er zo klaar mee en zou het liefste een punt zetten achter onze verbintenis. Op andere momenten kan ik accepteren dat het is zoals het is, en onderga ik de werkelijkheid. Ik wéét ook dat er geen andere oplossing is. Hij hoort hier, bij ons. Wij begeleiden hem tot hij zover is. Met alle liefde die in ons zit.
Eetbuien, verstopte lege verpakkingen , liegen, boos zijn, nergens toe komen een kleine opsomming hoe ons leven er op het moment uitziet. Ik loop op mijn tenen. Voel me niet op mijn gemak in mijn eigen huis. Het is december, zes jaar geleden zijn wij begonnen aan dit avontuur. Het heeft ons zoveel gebracht. Wij hebben prachtige momenten met elkaar beleefd. Een leven in opbouw, successen en een steeds groter wordend bereik. Nu lijkt de rek eruit.
De spiraal van negativiteit, van alleen maar kunnen zeuren over alles wat niet goed is, ik ontkom er niet aan. Ik zie hem heel weinig, en als ik hem dan zie, dan heb je het over de dingen die niet gedaan zijn, dan wil ik de zorgen die ik heb, uitspreken en hem als het mogelijk is, behoeden. En het tegendeel van wat ik wil bereik ik, er is vooral afstand. Mijn invloed is op dit moment niet goed. Ik irriteer hem, hij heeft niets aan me. Snijdende woorden schreeuwde hij naar mijn hoofd. Ik weet dat hij het in een vlaag van hysterie uitriep, maar het heeft me diep geraakt. Een stemmetje in me zegt “is er dan niets goed geweest in al die jaren? Heeft mijn bijdrage dan alleen geleid tot een zelfbeeld van “niet voldoen”, van “nooit goed genoeg” en “gaat niet lukken”. Is dat wat je onder de streep vindt? Ja, dan begrijp ik dat je me mijdt.
Ik ben je tegenpool, blink uit in de zaken die jij ontbeert. Misschien belichaam ik wel jouw grootste angst. De persoon die alle creativiteit doodt.
Ik droomde van een nieuwe start. De particuliere opleiding moet je helpen om je vertrouwen weer terug te krijgen, om de onderwerpen die je de eerste keer hebt laten liggen bij de kop te pakken, om de schouders er onder te zetten en hard te werken. Gecombineerd met een nieuwe woonomgeving, de mogelijkheid om je oude patronen voorgoed te verbannen. Mijn droom spatte als een luchtbel uiteen – jij deelt hem niet en sterker, de nieuwe situatie brengt je verder weg van wat jij nodig hebt om de draad te kunnen vasthouden. Je bent verbannen naar een buitenwijk, waar je de aansluiting met de stad mist, waardoor je teruggeworpen wordt op jezelf. Een dag en nacht ritme dat door een avondopleiding heel anders wordt, vergroot het isolement.
Mijn verwachtingen zitten me weer eens in de weg. Ik verwacht dankbaarheid voor de kans die we je geven. Je kunt de opleiding volgen, je kunt hier wonen. En ik heb ik een lang verleden al geleerd dat het hebben van verwachtingen de opmaat is tot stagnatie. Verwachtingen vermoorden alles.
Feit is we zitten vast. Behoorlijk vast. Het is bijna zover, we vieren jaarlijks de dag dat je hier bent komen wonen. Zo ook dit jaar. En we evalueren het afgelopen jaar en kijken vooruit. Zo ook dit jaar. Dus ik zal vertellen van de pijn, de machteloosheid en van mijn verdriet. En ik zal vertellen dat ik blijf dromen dat wij weer zo samen voelen als weleer, dat je mijn mening en inbreng waardeert en dat ik je kan helpen om de laatste stap naar volwassenheid te maken, het zal wel anders zijn.
Opgeven is geen optie, ik hou nu eenmaal van je.